Zuid- en Oost-Kreta: weg van het massatoerisme

Greetje Bosmans op 03 July 2018
Voor onze gezinsvakantie dit jaar kozen we voor een iets minder toeristische bestemming op een zeer toeristisch eiland, namelijk het oosten van het populaire Griekse eiland Kreta.

Met de groene Michelin gids in de hand, landden we op de luchthaven van Heraklion en pikten we gelijk onze huurwagen op. We kozen ervoor om de wagen voor heel de week te huren, aangezien ons hotel een heel eind van de luchthaven lag, vlakbij Ierapetra, en we geen zin hadden om 3u in de transferbus te zitten. Al na een paar kilometer viel ons op hoe goed de wegen op Kreta zijn, zeker in vergelijking met de net iets minder goede staat in ons Belgenlandje. Ook het rijden op zich was heel prettig!

Het lange traject dat we voor boeg hadden, was zeker geen straf! De uitzichten op de verschillende baaien die je onderweg te zien krijgt zijn adembenemend en ook het binnenland is prachtig. Bergachtig, zelfs rotsachtig en gaarden met duizenden olijfbomen. Je kijkt je de ogen uit.

Uiteraard hebben we enkele dagen genoten van het zonnetje, de rust en wat quality-time met elkaar, maar we zijn natuurlijk ook op ontdekking gegaan. We trokken onder andere naar Agios Nikolaos waar we door de straatjes slenterden en een tocht deden met een semi-submarine (glasbodemboot). Een superleuke ervaring voor onze dochter van 5, die voor het eerst de onderwaterwereld zag. Tot onze grote vreugde hebben we het geluk gehad om maar liefst 3 zeeschildpadden te zien! Zelf heb ik al vaak gesnorkeld, gedoken en tochtjes met dergelijke boten gemaakt, maar dit was ook voor mij een primeur! Ze kwamen vlak bij de boot zwemmen en je kon ze dus echt heel erg goed zien. Op de terugweg kwamen we bij toeval een klein lederwinkeltje tegen, waarvan de uitbaatsters zelf sandalen en tassen maken. Ideale stop voor de kleine (en minder kleine) creatieveling, want je kan hier je eigen sandalen of slippers versieren. Het verbaast natuurlijk niet dat óók dat een hoogtepunt was voor de kleinste in ons gezelschap.

Dat je niet altijd moet geloven en volgen wat er in toeristische gidsen en websites staat, is ook deze reis weer gebleken. Overal lazen we lovende artikels en reacties over Kritsa, een bergdorpje vlakbij Agios Nikolaos. Dus wij erheen. Wat een authentiek dorpje moest zijn met schattige witgekalkte huisjes, waar de oudjes van het dorp winkeltjes uitbaten en vooral textiel en kantwerk verkopen, bleek een toeristische trekpleister als zovelen te zijn. Het leek eerder een verlaten spookdorpje waar al maanden niemand meer was geweest. Ok, we waren vrij vroeg op het seizoen, maar de authenticiteit was alleszins ver zoek. Een kleine desillusie dus!

Gelukkig hadden we nog uitjes gepland en stapten we 2 dagen later weer de auto in en trokken we helemaal de andere kant op, naar het uiterste oosten van het eiland. We reden even langs de kustlijn, waar je amper hotels tegenkomt en trokken dan een heel eind de bergen in. Net als tijdens onze rit van de luchthaven naar het hotel, waren we na elke bocht weer verbaasd. Prachtige berglandschappen, olijfboomgaarden, kleine dorpjes die uit het niks verschenen. Dít is het authentieke Kreta. We reden van dorpje tot dorpje, stapten even uit en wandelden wat rond. Er zijn in deze regio een aantal gekende hiking-tochten doorheen een aantal kloven, zoals die van Zakros. We hadden het heel graag gedaan, maar met een kleintje erbij is het toch niet aangeraden. Het zijn vaak pittige wandeltochten waarbij je serieus moet klauteren. Hier hebben we dus voor gepast, maar dat maakte de dag niet minder mooi.

We stopten aan een prachtig klein strandje, waar behalve 1 ander koppel niemand anders was. Echt heerlijk! Lekker even de benen strekken, wat uitwaaien (en dat mag je heel erg letterlijk nemen, gezien de felle wind die dag!) en zandkastelen bouwen.

We lunchten pal aan het water in de supergezellige baai van Kato Zakros, vlakbij de Minoïsche ruïnes, en reden nog verder naar het oosten, waar je een van de mooiste stranden van Europa terugvindt. Het is een eindje rijden, maar het loont absoluut de moeite! Het strand is bezaaid met wilde natuurlijke palmbomen die gelukkig wat schaduw en verkoeling bieden op de hete dagen.

De terugrit bij zonsondergang via een andere weg doorheen de bergen was alweer even mooi als de andere ritten. Ik denk dat dat ons het meeste heeft gecharmeerd: de prachtige landschappen, de schattige dorpjes en kerkjes die je onderweg tegenkomt en de occasionele berggeit die op haar dooie gemakje de weg oversteekt.

Wij gaan terug, dat staat vast! En we kijken enorm uit naar de rest van dit mooie (en ook erg propere!) eiland!

Zin gekregen om in onze voetsporen te treden? Neem dan snel contact met me op, dan kan je er misschien deze zomer nog heen!